Stichting Haarlem Basketball Week opgeheven
Ooit werd de Haarlem Basketball Week opgericht tijdens een broodje en een kop koffie. Zo kwam er vandaag ook een eind aan. Afgelopen december kwam er geen vervolg op de klassieke Basketball Week, die een herstart wenste onder de naam Haarlem Basketball Classic.
Het afzeggen van twee ploegen twee weken voor het plaatsvinden van het evenement was het begin van een heftige ommekeer voor niet alleen het toernooi, maar ook voor de toekomst van een Week in Haarlem.
Onlangs heeft het organisatie comité van het traditionele basketballevenement in Haarlem de laatste stap gezet om alle bindingen met het verleden door te snijden: de Stichting Haarlem Basketball Week is nu officieel opgeheven. Een plechtig, maar ook droevig moment voor de vele vrijwilligers achter het evenement, de gemeente Haarlem en de basketball- en sportentertainment liefhebbers van Nederland.
De Basketball Week was een klassieker van een sportevenement bij uitstek. Vorig jaar was de Classic geboren om het succes van de jaren tachtig en negentig nieuw leven in te blazen. De sponsormarkt loopt zeer slecht en ook daar had de Haarlem Basketball Classic mee te maken. Ondanks de vele enthousiaste geluiden voor de inzet van het nieuwe imago en dat de Week er weer ging komen. Lid van het organisatiecomité Marloes Voskuilen: “Het mooie van de Basketball Week was altijd, naast het sterke deelnemersveld met mooie internationale ploegen, de grote belevenis voor het publiek. Men werd continue geëntertaind door veel show en interactie; licht, muziek, beeld, games, de ingevlogen Chicago Luvabulls en mascotte.” Het entertainmentgehalte was kenmerkend voor de Week. Naar Amerikaans model, waar sport één van de grootste branches is binnen de beleveniseconomie. In Nederland is dit binnen de sport uniek, hier wordt veelal nog steeds primair de wedstrijd laten zien en te weinig gecommuniceerd en interactie gecreëerd met het publiek, aldus Voskuilen. “Een sportevenement is veel meer dan een toernooi alleen. De Haarlem Basketball Week was daarom geliefd bij een breed publiek.”
In de weken na de grote teleurstelling van het af moeten lassen van een nieuwe editie eind 2010, heeft de organisatie iedereen die een kaartje had gekocht netjes terug betaald. Dankzij een zeer behulpzame houding van de gemeente Haarlem, konden in alle redelijkheid óók de meeste firma’s geheel of gedeeltelijk schadeloos gesteld worden.
Of dit een definitief einde zal betekenen van een fenomeen, dat meer dan 25 jaar heeft bestaan, weet de organisatie niet. Er zijn wat ‘bewegingen’ gaande in andere steden. Zo zou Groningen graag de Basketball Week naar hun stad willen halen, maar doordat de thuisploeg Gasterra Flames te kennen heeft gegeven hun spelers in de kerstvakantie al vrij te hebben gegeven, zal een Groningen Basketball Week er in 2011 niet inzitten. De Groningse Basketballploeg is een belangrijke deelnemer om het publiek uit het noorden des lands naar Martiniplaza te krijgen. Voorzitter Frank Voskuilen over een definitief einde van zijn evenement, die hij in 1982 voor het eerst organiseerde: “Als ik de loterij win komt er wat mij betreft als eerste weer mooi basketball naar Haarlem. Stel dat dit nu niet gaat gebeuren, dan zou het commercieel aangepakt moeten worden. Wij hebben het altijd in de avonduurtjes erbij gedaan, maar dat is niet meer haalbaar in deze tijd helaas, daarom stoppen we er nu mee.” Dochter Voskuilen voegt toe: “wie een pak met geld heeft mag ons altijd wakker bellen voor een HBW, we doen het graag en de draaiboeken liggen binnen handbereik. Het concept heeft blijvend potentie, juist voor de commercie is het interessant. Het activeren van je merk middels positieve beleving is populair, sport is daar uitermate geschikt voor. Wij willen de toeschouwers top basketball laten zien in een evenement vol basketballbeleving. Dat is de kern, je doet het om de mensen plezier te laten beleven en het mooie van de sport te laten zien. Een merk kan hieruit profiteren.” Marloes sluit af: “Voor nu eerst maar eens kijken hoe Kerst buiten een sporthal eruit ziet en ooit hoop ik dat we alle fantastische mensen die hebben meegewerkt weer mogen bellen.”